Reisverslag Australie.
Heenreis.
Van Amsterdam vliegen we met Singapore Airlines naar Singapore,waar we een stopover hebben van 2 dagen.De stopover betekent 2 dagen en 1 nacht in Singapore,we slapen in het Golden Landmark Hotel. De volgende morgen hebben we een stadstoer geboekt,de dag van aankomst doen we s’middags een boottoer. Voor de rest hebben we wat gelegenheid om te wandelen en te rusten.Op dinsdag vliegen we naar Brisbane waar we na ca.8 uur vliegen landen. Ook hier verloopt alles vlot,wel blijkt een speurhond een stuk broodbeleg in onze handtas te ruiken wat we moeten inleveren. Je mag dat in Australië niet invoeren.Daar we op het vliegveld enige tijd moeten wachten voor we worden opgehaald nemen we ons gemak er maar van. Eerder dan verwacht worden we echter omgeroepen en staat John Knigt uit Nimbin op ons te wachten. Een spannend moment,want we hebben hem nog nooit gezien of gesproken. Maar de kennismaking is allerhartelijkst en John en Lindy blijken zeer sympathieke en aardige mensen te zijn die in een prachtig huis wonen net buiten Nimbin.We blijven 2 dagen en na de nodige instructies vertrekken we met hun camper voor onze grote trip door Australië .Ik heb de dag ervoor al een stuk gereden dus het links rijden is niet helemaal vreemd meer,maar toch….zo’n eerste dag zit ik behoorlijk gespannen achter het stuur. Je wilt natuurlijk geen brokken maken en al helemaal niet op de eerste dag. Dus rustig aan beginnen en niet te veel in het drukke verkeer. We hebben,op advies van John,een tijdelijk lidmaatschap afgesloten bij de NRMA(de australische ANWB) dan kunnen we in een noodgeval altijd hulp inroepen. Hopelijk hebben we het niet nodig.
Brisbane –Sidney –Canberra -Melbourne.
De eerste dag gaan we naar Fred en Elaine Ellis in Runaway Bay,(zo’n 70 km t.z.van Brisbane)die vorig jaar bij ons in Wervershoof op visite zijn geweest toen zij hun Europatrip maakten met hun ruilcamper. Alles gaat prima en we zijn net voor donker bij hen en het weerzien is zeer hartelijk. We blijven die avond en nacht bij hen maar de volgende morgen gaan we toch echt op pad. Van Elaine mogen we een door haar in Europa gekochte thermoskan lenen om koffie in te zetten,we beloven hem op de terugweg weer terug te brengen.Onze eerste overnachting was in Yamba,een klein plaatsje aan de kust,heel leuk gelegen,waar we op een parkeerterrein aan de kust prachtig stonden,onze eerste vrije overnachtingsplaats in Australië.De volgende dag rijden we via Grafton naar Woolgoolga,bezoeken het Big Banana Theme Park(een bananenplantage voor het publiek)en rijden via de Great Dividing Range de route Armidale-Tamworth naar Katoomba om vandaaruit de Blue Mountains te gaan bezoeken,helaas bleken regen en mist ons ieder uitzicht te benemen en bleef het bij een bezoek aan een informatiecentrum en een rondrit in en om Katoomba en rijden vervolgens naar Sidney.We zochten een camping uit vlak bij het vliegveld,dat is vanuit een stad altijd heel makkelijk te vinden,je houdt gewoon de borden richting vliegveld aan en van hieruit bezoeken we de volgende dag de stad Het centrum van Sidney kent een aantal bezienswaardigheden en die kun je het best bezoeken met de speciale bus,Sidney Explorer,die vertrek van dezelfde plaats(Circular Quai) waar het eindpunt is van de meeste buslijnen. De route van deze bus,die knalrood is en dus goed herkenbaar is,voert langs alle bezienswaardigheden in het centrum van Sidney. Omdat je
alle bezienswaardigheden niet in 1 dag kunt doen moesten we een keus maken,wij bezochten Operahouse,Art Gallery of NSW,Darling Harbour met de daar afgemeerde Batavia,en Sidney Aquarium. Ook maakten wij met de Sidney Explorer een rit door de tunnel en over de Harbourbridge terug. Het centrum van Sidney is imposant en zeker de moeite van een bezoek waard.De volgende dag hebben we met de camper het Olympisch dorp bezocht en dat bleek zo goed als klaar te zijn. Via Hwy 1,die hier de Princess Hwy heet,verder zuidwaarts gereden.en voor een overnachting vonden we een mooi plekje in
Shoalhaven.Ons volgende doel was Pebbly Beach,een stuk strand met wat eenvoudige voorzieningen,gelegen in een NP(nationaal park)waar veel vogels en kangoeroes te vinden zijn. Ondanks de vrij slechte weg van ca.8 km ernaartoe was dit beslist de moeite waard,je kunt daar de kangoeroes aaien en de bontgekleurde rosella’s eten uit je hand. Zorg wel dat je van tevoren wat zaad koopt om ze te voeren want het was ter plaatse niet te koop.Hierna rijden we naar Canberra en bezoeken de (administratieve)hoofdstad van Australië, die ontstaan is als compromis,daar zowel Sidney als Melbourne de regeringszetel claimden en voor elkaar niet wilden toegeven. Daarom is een kleine staat gecreëerd,genaamd Australian Capitol Territory(afgekort ACT),waarbinnen een nieuwe stad
is gebouwd genaamd Canberra.Hier zijn alle regeringsgebouwen en alles wat daarbij hoort gevestigd en de ambtenaren wonen in buitenwijken van Canberra.Het centrum is in feite vrijwel uitsluitend regeringsgebouwen,kantoren etc.,het geheel is fraai aangelegd en je kunt het prachtig overzien vanaf Mount Ainslie.Het geheel doet wat koel aan maar is toch wel de moeite van een bezoek waard.Wat ons vooral opviel in Canberra,maar ook elders in Australië,is het grote aantal oorlogsmonumenten. Bezienswaardigheden zijn de fontein in Lake Burley Griffin,die 140 meter hoog spuit,Australian War Memorial en Parliament House.Via Monaro Hwy rijden we terug richting kust door een op verschillende plaatsen prachtig ruig en soms verlaten landschap. Daarna over de Snowy Mountains Hwy richting Bega door een werkelijk prachtig gebied om tenslotte in Tathra de kust weer te bereiken.In Eden vinden we een prachtige vissershaven,de tonijnvangst was daar op dat moment overweldigend,er werden vrachtwagens vol tonijn afgevoerd. De ter plaatse gepropageerde boottocht om walvissen te gaan bekijken hebben we op advies van een Australische mevrouw niet gedaan omdat er in de Australische herfst en winterperiode in geen velden of
wegen een walvis is te bekennen,slechts tonijnen en dolfijnen worden tijdens zo’n tocht waargenomen.In Moe bezoeken we Rein en Nelly Dijt en tezamen met hen bezoeken we Wilsons Promontory,een prachtig park waar we veel vogels en dieren konden bekijken. Hier zagen we een wombat,en veel kangeroo’s en emoe’s.De volgende dag bezoeken we de Thomson Dam waarachter een stuwmeer is gevormd ten behoeve van de drinkwatervoorziening voor Melbourne,en het oude gouddelversplaatsje Walhalla,dat feitelijk een museum is.Hierna rijden we naar Philip Island. waar s’avonds na zonsondergang de dwerg-penquins aan land komen om de nacht door te brengen en dat is een leuk schouwspel .Vanuit Philip Island voert de route ons via Bass Hwy en Gippsland Hwy(=Hwy 1,dezelfde als Princess Hwy)naar Melbourne. Daar wij geen stedenbezoekers zijn beperken we ons tot een rit door de zeer uitgestrekte stad,over
de West Gate Bridge,die over de haven voert en van waaraf je een prachtig gezicht hebt op de stad ,naar het westelijk deel van de stad en vervolgens via Hwy 1,die hier weer Princess Hwy heet,naar Geelong.
Melbourne- Adelaide- Port Augusta.Vanuit Geelong zijn we Bellarine Peninsula op gereden naar Jirrahlinga Wildlife en Koala Sanctuary(entree 8$ pp),hier kun je van zeer dichtbij koalas,wombats,dingo’s en emoes bekijken.Van hieruit langs de oceaan begint onze route over de zgn.Great Ocean Road. Dit is een prachtig stuk weg langs de zuidkust van Australië waar je kunt genieten van prachtige vergezichten,maar waar je ook schilderachtige plekjes tegenkomt. Heerlijk om te stoppen en een kopje koffie te doen. De twaalf apostelen mag je natuurlijk absoluut niet missen. Het mooiste gedeelte ligt tussen Princetown en Peterborough,waarbij de ene lookout nog mooier is dan de andere. Aan het eind,bij Peterborough ligt over de brug links een parkeerterrein bijna in de branding,van waaraf je een schitterend uitzicht hebt over kust en branding,vooral als de zon zich zo af en toe ook nog laat zien. Vanaf Peterborough loopt de route niet langer langs de kust en ons doel is nu Tower Hill Game State Park,een park in een oude krater. Wij arriveerden hier tegen de avond en moesten langzaam rijden omdat onze weg werd versperd door een koppel emoe’s die niet van plan
waren voor een kampeerauto opzij te gaan,een prachtige gelegenheid om ze van zeer dichtbij eens goed te kunnen gadeslaan. Ook konden we hier koala's in de vrije natuur bewonderen en prachtige kleurrijke vogels ,echt een klein paradijsje.Via Penshurst en Dunkeld rijden we hierna naar The Grampians NP,een natuurpark dat zich uitstrekt over twee bergkammen,welke hun ontstaan in vroegere tijden wel te danken zullen hebben aan vulkanische krachten. In The Grampians zie je veel dieren,vooral kangoeroes,en grote groepen witte kaketoes,die verschrikkelijk kunnen krijsen. In Halls Gap ongeveer in het midden van The Grampians is een visitorcenter en er zijn winkels om inkopen te doen. Via Hwy 124 richting Horsham gaat de weg flink omhoog en ga je over de grote bergkam van het park westwaarts. Bovenop is een schitterend uitkijkpunt,het is wel zo’n 6-7 km vanaf de doorgaande weg maar dat mag je beslist niet missen zo mooi. Hierna rijden we naar Mt.Gambier,een mooie plaats met als bezienswaardigheid een sinkhole,dat is een verzakking waardoor een groot gat van ongeveer 100 mtr doorsnee is ontstaan en 2 mooie kratermeren,waarvan het Blue Lake beroemd is omdat ieder jaar binnen 1 dag de kleur veranderd van grijs naar blauw of omgekeerd. Alle onderzoekingen ten spijt heeft men daarvoor nog geen verklaring kunnen vinden.Inmiddels zitten we in South Australia en moet de klok een half uur terug.Via Millicent,Beachport en Robe rijden we naar Kingston SE waar de Princess Hwy door het langgerekte Coorong NP voert. Hier kunnen we ternauwernood een aanrijding met een grote kangoeroe vermijden. De nacht brengen we in dit park door,waar absolute stilte en duisternis heerst. In dit park zagen we emoes en kangoeroes ,terwijl er pelikanen in het meer zwommen. Bij Wellington slaan we linksaf,nemen de pont over Australiës grootste rivier,de Murray River,en rijden over Fleurieu Peninsula naar Victor Harbour. In Rapid Bay staan we s'nachts aan strand Daarna rijden we via een wijnstreek naar Hahndorf en vervolgens naar Adelaide,een flinke stad met ruime straten..In Westbeach (weer bij het vliegveld)vinden we een prima camping waar de bus voor de deur stopt,waarmee we de volgende dag het centrum van Adelaide bezoeken. Het aboriginalmuseum met een
didgeridoo-demonstratie en het museum of SA zijn zeer de moeite waard. Vanuit Adelaide rijden we door de Barossa Valley("het"wijngebied van Australië met een mooie "Scenic route") via Kapunda-Clare en Crystal Brooke naar Port Pirie, waar een prachtig stationsgebouw opvalt. Hier kun je goed zien dat de outback nadert,de eerste stukken dessert doemen op en de eerste road-trains komen op de weg.
Port Augusta –Alice Springs – Darwin.
De echte outback begint bij Port Augusta,hier vindt je een outback-center,dat zeker een bezoekje waard is,en een Botanic-garden,waar veel van de in de outback groeiende planten,heesters en bomen staan. Als je van de outback wilt genieten en de begroeing bij naam wilt leren kennen is een bezoek aan deze botanic-garden een must.
Vanaf Port Augusta voert de Stuart Hwy je noordwaarts dwars over het Australische continent en we zullen deze Hwy tot in Darwin blijven volgen, bijna 3000 km,een onvoorstelbare afstand. Wel zullen we onderweg een aantal keren afslaan,om interessante zaken te bezoeken,maar we moeten toch weer steeds terugkomen op deze Hwy.Onze eerste stop is in Woomera,bekend van de raketbasis,na ca.250 km. De basis is niet voor het publiek geopend,maar in de plaats zelf zijn de nodige raketten en vliegtuigen tentoongesteld.
Na Woomera volgt,op weer zo’n 250 km Coober Pedy,een heel bijzonder oord. Alles staat hier in het teken van opaal en de hele omgeving lijkt daartoe omgespit. Het oogt als een maanlandschap,films als Mad Max e.d. zijn in deze streek opgenomen. Veel is hier ondergronds en via een tour kun je dat allemaal prima bekijken.Juist ten noorden van Coober Pedy zijn we nog even gestopt bij het"dog-fence"dat is een hekwerk met een lengte van ca.1000 km en dat dient om het vee van de boeren in dat gebied te beschermen tegen de dingo’s,de Australische wilde honden. Na 250 km hebben we de nacht doorgebracht bij Marla Roadhouse,campingtarief 12 $ per nacht.
De volgende dag verder noordwaarts en bij Erldunda de Stuart Hwy verlaten en linksaf richting Ayers Rock via Lasseter Hwy,een afstand van ca.250 km. In de buurt van Curtin Springs op een rest-area de nacht doorgebracht,prachtige heldere hemel maar wel een koude nacht. Van hieruit nog ongeveer 2 uur rijden naar Ayers Rock Resort in Yulara,gelegen ongeveer 5 km ten noorden van de rock,maar geruime tijd daarvoor zagen we hem al liggen. Ayers Rock en omgeving (Uluru NP)is puur toeristisch en behoorlijk druk. De entree voor het NP bedraagt 15,-$ pp en komt ten goede aan de aboriginalgemeenschap in dat gebied. Uluru is de aboriginalnaam voor Ayers Rock. De zonsondergang is,wat betreft kleureffect,een bezienswaardigheid.
Op een afstand van 43 km westelijk van Ayers Rock liggen de Olga’s,een minder spectaculaire rotsformatie,maar daardoor aanzienlijk rustiger maar toch zeker de moeite van een bezoek waard. Terug naar de Stuart Hwy is weer ca 250 km,(heen en terug dus 500 km),(onze geplande trip naar Kings Canyon moesten we laten vervallen omdat de Ernest Giles Road was afgesloten als gevolg van de regenval),en weer verder noordwaarts richting Alice Springs. Op een rest-area langs de Stuart Hwy,ca.30 km noord van Erldunda,de nacht doorgebracht. We stonden daar opnieuw niet alleen,er blijken op dit soort plaatsen altijd meerdere kampeerauto’s en caravans te staan. De volgende dag rond het middaguur rijden we Alice Springs binnen ,(The Alice) stad in het optisch midden van Australië.Vanaf Anzac Hill heb je een mooi overzicht over de stad,we rijden door de Todd River,waar voor het eerst sinds vele jaren weer wat water in staat en ontmoeten op de toeristinformatie een nederlandse informatrice,die ons in onze eigen taal uitgebreid informeert over de omgeving.We besluiten een uitstapje te maken naar het West MacDonnall NP en rijden tot aan Glen Helen Gorge,waar we bij de gelijknamige lodge de nacht doorbrengen.
Onderweg viel de bijzondere plantengroei op in de vorm van grote"graspollen".Op onze route naar het noorden komen we eerst de Stuart Memorial tegen,we zijn er tegen de avond dus houden we Mr.Stuart die nacht gezelschap.
De volgende dag zijn de Devils Marbles rond het middaguur onze grote stop,het is een zeer indrukwekkende hoeveelheid reuzenknikkers,ontstaan door erosie.Zeer opvallend en fotogeniek.We rijden tegen de avond nog een stuk verder en overnachten bij Three Ways Roadhouse,waar een nederlands meisje ons in onze eigen taal te woord staat.De volgende dag is de Daily Waters Pub de bezienswaardigheid van de dag. Er is een camping,een overnachting kost 5,-$.
In Mataranka zijn warme bronnen en daar is onze volgende stop. Het water ,waarin je kunt zwemmen,is heerlijk van temperatuur,ongeveer lichaamstemperatuur,en komt zo uit de warme bron die daar is..Ook hebben we die morgen nog de "We of the never never"memorial bezocht,waar de schrijfster van dit beroemde boek,Jeannie Gunn,begraven ligt.Het is een zeer sfeervolle plek,een soort kerkhof,midden in de Australische bush. In Elsey NP rijden we de John Hauser Drive,een mooie route en overnachten op de campground.
Na dit mooie stuk gaan we de volgende dag naar Katherine Gorge en doen we een boottocht in de Gorge,we nemen de 2 uurs trip die vertrekt om 9 uur. Er vertrekken ook boottrips om 11,13 en 15 uur,maar we zijn bang dat het dan wel eens wat erg heet kan zijn in de boot. De 2 uurs trip kost 30,-$ pp en geeft een goed beeld van het eerste gedeelte van de gorge. s’Middags rijden we naar Edith Falls,ongeveer 90 km verder en overnachten daar op de camping. De volgende etappe voert ons naar Pine Creek,waar we rechtsaf slaan,de Kakadu Hwy op naar het gelijknamige NP.(entree 15,-$ pp)In Cooinda staan we op camping Mardugal en we boeken daar voor een boottrip op de Yellow Waters"(31,-$pp),die we de volgende morgen doen. s’Avonds gaan we eerst nog naar een diashow op de camping,maar omdat we worden opgevreten door de muggen is de aardigheid daar gauw af.
De boottrip op de Yellow Waters is absoluut fantastisch en mag je niet missen. We zagen natuurlijk krokodillen,maar daarnaast heel veel vogels,waaronder de zee-arend,de mariboe en de "Jezus-bird".Ook zagen we een prachtige grote varaan en tussen de mangrovebomen. Ook bloeien in het water de prachtigste bloemen. Een absoluut hoogtepunt,deze boottocht.
s"Middag rijden we verder,nadat we eerst nog een paar dingo’s hebben bewonderd,naar Nourlangie Rock voor de aboriginal rock art. Onderweg komen we een paar flinke bosbranden tegen en treffen we een kraaghagedis aan op de weg die behoorlijke brandwonden heeft. Via Jabiru komen we s’avonds in Ubirr Rock,waar we ook weer aboriginal rock art kunnen bekijken en overnachten daar. We verlaten Jabiru en nemen de Arnhem Hwy richting Darwin.
Onderweg zien we nog wilde buffels,we kunnen ze helaas niet goed benaderen,zijn blijkbaar nogal schuw. Onderweg bezoeken we de Bark Hut Inn en de Fogg Dam Reserve,een wetlandgebied met een weg erdoor,waar je vanuit de auto ontelbaar veel vogels kunt bekijken.
Darwin- Cape Tribulation -Cairns.
Na een overnachting in Coolalinga komen we de volgende dag aan in Darwin,een mooie stad. We rijden over de Esplanade,bekijken de haven,rijden en wandelen door de city en bezoeken de "Fishfeeding"dit is een plek waar vissen,die vanuit zee komen,worden gevoerd en waarbij je er als het ware tussen kunt lopen en ze dus prima kunt bekijken. Vanaf nu gaan we zuidwaarts rijden,eerst richting Litchfield NP,waar we op Rockhole Campground de nacht doorbrengen. Omdat het hier heerlijk is blijven we een dagje staan,ik ga de volgende dag lekker zwemmen in het snelstromende water van Buley Rockhole en Florence Falls en we genieten van het mooie weer.
De volgende dag rijden we verder het Litchfield NP in naar Wangi Falls,waar een prachtige waterval en een prachtig stuk regenwoud absoluut de moeite waard zijn. Daarna via dezelfde route het park weer uit .Via de Stuart Hwy komen we die dag tot in Katherine en omdat we ons eens lekker willen douchen zoeken we een camping op,het wordt Knotts Crossing. Na in Katherine alle voorraden weer te hebben aangevuld gaan we de lange route op richting Queensland ,volgens de planning 4 dagen reizen.Onderweg nog een keer gezwommen in de "hotpool"van Mataranka en s’nachts overnacht bij Dunmarra Roadhouse na een rit van 300 km.Bij Three Ways gaan we oostwaarts Barkly Hwy op richting Queensland.
Bij Camooweal verlaten we Nothern Territory en gaan we Queensland binnen. Opvallend is hier dat de weg slechter wordt,maar we vinden hier wel ,na 1000 km zoeken , een brievenbus.Onderweg zien we een grote varaan de weg oversteken maar hij is heel snel in het lange struikgewas verdwenen,dus geen gelegenheid om te filmen. Ook zien we onderweg brolga’s en brustards.
In Mt.Isa ,waar alles draait om de mijnindustrie,brengen we een bezoek aan de vestigingen van de Flying Doctors en The School of the Air,beiden zijn zeer interessant en je wordt er voortreffelijk rondgeleid. We rijden nu op de Flinders Hwy oostwaarts,de eerste dag 250 km tot aan Julia Creek,de volgende dag 410 km. Bij Charters Towers,een leuke en gezellige plaats,nemen we weg 63 noordwaarts,komen op de Kennedy Hwy en rijden naar Ravenshoe,een rit van bijna 500 km. We zijn nu in een gebied,genaamd Tablelands,naar het schijnt het natste gebied van Australie. We hebben regen,dus dat klopt wel. We bezoeken verschillende watervallen(Milstream,Millaa Millaa,Zillie en Ellinga Falls)en rijden de bijbehorende route. In Mt.Hypipamee NP bezoeken we de"crater" en wandelen door het prachtige regenwoud.Via Atherton en Yungaburra rijden we naar Lake Eacham,waar we hopen een mooie picknickplaats te vinden om de nacht door te brengen. De volgende morgen eerst naar de Giant Red Cedar,die tijdens het kappen van al z’n soortgenoten over het hoofd is gezien en nu een
bezienswaardigheid is en daarna naar de Curtain Fig Tree,een heel bijzonder boom,behorende tot de familie van de ficussen,die zoveel luchtwortels heeft dat het inderdaad wel een gordijn(curtain) lijkt. Een heel bijzondere boom.
Via Mareeba en Mossman gaan we verder noordwaarts door een gebied met heel veel suikerriet. In Daintree overnachten we en de volgende dag gaan via via de Daintree River Crossing(een pont)naar het voor ons meest noordelijk gelegen punt in Queensland,Cape Tribulation. Hier houdt de geasfalteerde weg op en kunnen wij niet verder. Er is hier prachtig regenwoud en op Noah Campground,gelegen in dit regenwoud en met een prachtig strand met palmbomen erlangs,brengen we de nacht door.We willen hier nog wel een dagje blijven,maar rond het middaguur begint het te regenen en besluiten we te vertrekken,want in een droog regenwoud is het heerlijk maar een nat regenwoud is niet prettig.
Cairns – Townsville -Brisbane.
In de omgeving van Cairns zoeken we een camping op,we willen hier een paar dagen verblijven want er is hier het een en ander te zien. Het weer is inmiddels weer prachtig.We nemen de volgende dag eerst de Skyrail,over het regenwoud naar Kuranda,en nemen daar de Kuranda Scenic Railway,stappen uit bij station Freshwater Connection en vandaar met een bus weer naar het Skyrailstation,waar onze auto staat. Nog een trip gemaakt naar de Barron Gorge en s’nachts op de camping bij Lake Placid.
De volgende dag naar het Tjapukai aboriginal theater,waar naast een muziek en dans show ook demonstraties zijn in speerwerpen op de wijze zoals aboriginals dat doen met een hulpmiddel,een soort werphevel,uiteraard het boomerang gooien,wat helemaal niet zo moeilijk is als het lijkt,en demonstraties omtrent het voedsel en de geneesmiddel van de aboriginals.
S’Middags naar de maandmarkt in Kuranda en de Butterfly Sanctuari,waar met name de Ulyssus-vlinder de aandacht trekt. Na een afsluitende rondrit door Cairns en een bezoek aan het havengebied zijn we weer zuidwaarts gegaan,de Bruce Hwy op en hebben we overnacht in Gordonvale op een rest-area. De volgende morgen rijden we naar Mission Beach,een mooie plaats aan het strand,maar wind en regen speelden ons die dag parten.We rijden dus maar verder,overnachten op een parkeerplaats in Cardwell en gaan de volgende dag naar Townsville,waar we Rowes Bay Camping opzoeken,want we moeten nodig weer eens aan de was.De volgende dag gaan met"Pure Plaisure Cruises"naar het Great Barrier Reef,dat ligt daar zo’n 80 km uit de kust.De bus zou ons om 8.00 uur oppikken bij de camping,maar om half negen stonden we er nog. Men was ons dus vergeten en we werden nu met een taxi nog net voor vertrek van de boot(9.00 uur)op de haven afgeleverd. Er wordt gevaren met een snelle catamaran,deze doet er 2,5 uur over en vaart dus behoorlijk snel en als we vertrekken is het prachtig weer en vinden we een heerlijk plekje aan dek. Gedurende de reis verslechterd het weer helaas,het begint flink te waaien en de lucht betrekt,hetgeen uiteindelijk resulteert in regen. Het Kelso Reef,waar deze tocht naar toe ging,is prachtig. Vooral onderwater is het prachtig mooi,ontelbaar veel schitterend gekleurde vissen en heel veel ander leven. Het is echt zoals je dat in onderwaterfilms op TV soms ziet. Je kunt vissen,duiken en snorkelen en een tocht maken met een glasbodemboot. Om half vier wordt de terugreis aanvaard,om zes uur zijn we in de haven en om ruim over half zeven weer op de camping,een flinke dag dus.
De volgende morgen eerst naar Castle Hill gereden,van waaraf je een schitterend uitzicht hebt op Townsville en omgeving en daarna naar Reef HQ,oftewel GBR wonderland,waar we erg hoge verwachtingen van hadden maar wat een klein beetje tegenviel.Via het prachtige Airly Beach en Shute Harbour gaan we richting Eungella NP,waar we de platipus(vogelbekdier) kunnen zien,iets wat tot op dit moment niet is gelukt. De volgende morgen vroeg uit bed en langs het water posten om platipus te kunnen zien en na enige tijd zie ik er een en kan ik het op de video vastleggen.Als ik later met Nel nogmaals ga kijken laat het dier zich helaas niet meer zien. Jammer.Na nog een bezoek aan Finch Hatton Gorge zijn we via een opnieuw prachtige landelijke en vooral rustige route bij Sarina de Bruce Hwy weer opgegaan en hebben we s’nachts in Clairview op een rest-area overnacht.
Na een overnachting in Yeppoon,een leuk plaatsje aan het strand,gaan we de volgende ochtend weer op pad en worden we uitgezwaaid door de oud-Texelaars die we hier hebben ontmoet.Via Roslyn Bay en Emu Park rijden we naar Rockhampton en Gladstone en in Tannum Sands,een leuk plaatsje aan het strand,overnachten we. De volgende dag over de Bruce Hwy via Miriam Vale en bij Rosedale linksaf naar Bundaberg,rum capitol van Australie. Op de camping(we moesten weer aan de was)stonden we aan de Rumstreet,zeer toepasselijk dus.
De volgende morgen naar Childers,waar we even stoppen bij het uitgebrande backpackers-hostel. Op straat lagen veel bloemen met aangrijpende teksten,een triest geheel. Via Harvey Bay en Maryborough rijden we naar Poona,een klein plaatsje aan het strand,prachtig gelegen en dus ideaal voor een overnachting. In de schemering worden we door kookaburras op een uitbundig concert getrakteerd,prachtig. Via Tin Can Bay rijden we de volgende dag naar Gympie en vandaar via binnenwegen naar Glass House Mountains NP,waar we op The Log Cabin Caravan Park Nederlandse eigenaren aantreffen,Mia en Andy Schouten,ergens uit Limburg zo te horen.
Dan gaan we via lokale wegen richting Brisbane ,dat blijkt een ruim opgezette en daardoor zeer uitgestrekte stad te zijn,we rijden van noord naar zuid door de stad,zijn daarmee een flink tijdje onderweg en krijgen zo een globale indruk van deze stad. Zodra we door de stad heen zijn besluiten we de kust op te zoeken en komen terecht in Jacobs Well ,een paradijs voor sportvissers. Het einde van onze reis begint nu echt in zicht te komen,morgen gaan we naar Fred en Elaine Ellis om de koffiekan terug te brengen.Samen met Fred rijden we een rondje in de omgeving,brengen een bezoek aan O’Reilly’s en nemen de volgende dag afscheid van Fred en Elaine en rijden daarop via de Hinze-dam en "natural-bridge" naar New South Wales.Na nog wat te hebben rond gereden komen we op vrijdag 14 juli om 16.30 uur weer bij John en Lindy in Nimbin aan,we hebben er dan 1532 lts dieselolie door waarmee we 15.429 km hebben gereden. We kunnen terug kijken op een prachtig reisavontuur.